WAFELENBAK (PAUL DEKKER)
In de onmiddellijke nabijheid van de Stedelijke Bibliotheek treft men het bas-reliëf ‘Wafelenbak’ van Paul Dekker aan.
Marc Sleen is het pseudoniem van Marcel Neels. Hij wordt geboren in Gentbrugge eind december 1922. In maart 1923 verhuist het gezin naar Sint-Niklaas. Marc Sleen groeit op in een welgesteld katholiek gezin en had drie broers. De vader van Sleen is humoristisch aangelegd en vertelt vaak verhaaltjes voor het slapengaan. Hierdoor groeide Marc Sleens fascinatie voor de vertel- en tekenkunst.
Op vijfjarige leeftijd moet Sleen naar het ‘nonnenpensionaat’. Twee jaar later, na erg ziek en ongelukkig te zijn geweest, mag hij terug naar huis. Tot 1938 verblijft het gezin in Sint-Niklaas. Na vijftien jaar keren ze terug naar Gentbrugge. Marc Sleen krabbelt overal alles vol en heeft duidelijk aanleg voor tekenen. Wanneer Sleen veertien is, gaat hij op zondag tekenles volgen aan de Academie van Sint-Niklaas. Later volgt hij les in Sint-Lucas in Gent. In 1984 wordt Marc Sleen ereburger van Sint-Niklaas.
In 1988 krijgt Paul Dekker de opdracht van de stad Sint-Niklaas een bas-reliëf uit te werken. Het onderwerp wordt de ‘wafelenbak’, omdat elk Nero-album van Sleen afsluit met een dergelijke feestscène. In het bas-reliëf van Paul Dekker komen alle hoofdpersonages uit de strip Nero voor. Vlnr: Nero, professor Adhemar, madame Nero, Petoetje, Patatje, Abraham Tuizentfloot, detective Van Zwam, Jan Spier, kapitein Oliepul, mijnheer Pheip, madam Pheip en zoon Clo-Clo.
Tussen 1972 en 1980 maakt Dekker zuiver figuratief werk, vaak ook geïnspireerd door de geraffineerde Egyptische kunst. Na zijn verblijf in Indonesië wordt zijn werk geleidelijk aan meer abstract. Naast sobere abstracte werken en geabstraheerde composities maakt hij ook figuren en personages uitgevoerd in diverse materialen.
DEKKER Paul (1958)
Paul Dekker, beeldhouwer, siersmid en restaurateur volgt een opleiding avondcursussen beeldhouwen van 1972 tot 1979 aan de Stedelijke Academie van Sint-Niklaas o.l.v. Albert Tersago en Werner Heyndrickx. Aan dezelfde academie krijgt hij les toegepaste beeldhouwkunst o.l.v. René Smits (1973-1980). Woont en werkt van 1981 tot 1986 in Java waar hij zich verder bekwaamt in beeldhouwen maar ook in keramiek, batik en ornamentiek. Nadien vervolledigt hij zijn studies figuurtekenen, kleurharmonie en juweelontwerp in Sint-Niklaas en tenslotte volgt hij siersmeden o.l.v. Idir Mecibah te Antwerpen (1991-1994). Hij debuteert als steenhouwer en krijgt diverse uiteenlopende opdrachten. Voert van 1977 tot 1981 alle beeldhouwwerk uit aan Het Steen te Antwerpen en aan de kerk van Alsemberg. Wordt in 1994 lid van de Wase Kunstkring Sint-Niklaas. Is vanaf 1994 docent steenbewerking, steenbeeldhouwen, restauratie en letterkappen in Brugge en Aalst.
1988